Deze website maakt gebruik van cookies

Wij gebruiken cookies om jouw gebruikservaring te optimaliseren, het webverkeer te analyseren en voor persoonlijke advertentiedoeleinden. 

     

De 13 mooiste fietsroutes van België

In samenwerking met Toerisme Vlaanderen en Wallonië België Toerisme

België heeft een gebergte, steden met citadellen en belforten, en menukaarten met wild zwijn en waterzooi. En te midden van dit alles vind je in zowel Vlaanderen als Wallonië een netwerk van bewegwijzerde fietspaden, waarover je een fijne dagtocht of langere route kunt uitstippelen. Of je trapt een aantrekkelijke fietsroute die al voor jou is gemaakt. Fiets langs verrassende kunstwerken aan de kust en stap onderweg af voor een garnaalkroket. Of pak de Unesco-fietsroute langs de historische rijkdommen van Wallonië, van vuursteenmijnen tot megalieten. Liefhebber van de Provence? Volg dan de Gaume-route in het zuiden van Belgisch Luxemburg, langs wijngaarden met een tussenstop voor een proeverij. Dit zijn de dertien mooiste fietsroutes van België.

1. Het RAVeL-netwerk over jaagpaden en voormalige spoorlijnen

Het voormalige spoorwegstation in Raeren, een Duitstalige gemeente in de provincie Luik

Wallonië en de Belgische Ardennen zijn gezegend met het RAVeL-netwerk: ruim 1400 kilometer aan bewegwijzerd fietspad, over jaagpaden en voormalige spoorlijnen. Door natuurparken, tussen heuvels, langs kastelen en door historische stadjes als Bouillon, Dinant en La-Roche-en-Ardenne. Desgewenst kun je daarbij uitdagende hellingen trotseren, maar een gemakkelijke tocht is zeker ook mogelijk; de RAVeL-paden gaan zelden steil omhoog of omlaag. 

Ook de bekende internationale fietsroutes die door Wallonië voeren, maken gebruik van het RAVeL-netwerk. Zoals de Vennbahn – de bekendste fietsroute van de Ardennen – van 125 kilometer lang. Of pak met het hele gezin de RAVeL lijn 127 van 17,5 kilometer, van het middeleeuwse Hannuit naar het hart van Haspengouw. Langs graanvelden en boomgaarden, en door het Natuurpark van de Vallei van de Burdinale en de Mehaigne. Onderweg zie je nog slagbomen en perrons die je doen terugdenken aan het oude spoor. Nog meer informatie en tips over fietsen in Wallonië en de Ardennen vind je hier.

2. Transgaumaise: toeren door de Belgische Provence

De Abdij van Orval, waar het gelijknamige trappistenbier wordt gebrouwen

Op naar de ‘Petite Provence’; zo wordt de regio Gaume in het zuiden van Belgisch Luxemburg ook wel genoemd. Je hoort hier krekels, fietst langs wijngaarden en door de Gaumse bossen. En laten we de typische dorpen met ronde dakpannen niet vergeten.

De Transgaumaise start én eindigt in Rabais (Virton), vanwaar je een lus gaat maken van 175 kilometer die je kunt opdelen in twee of drie etappes. Je gaat zelfs ‘even’ de grens over naar het Franse Lotharingen tot Avioth.

Torgny is het meest zuidelijk gelegen dorp van België. Dankzij het warme en droge microklimaat in de Gaumestreek vind je hier ook wijngaarden. In de wijnkelder van ‘Le poirier du Loup’ en ‘Cave vin de Torgny’ is de lokale wijn te proeven. Andere interessante plekken voor een tussenstop zijn de imposante Citadel van Montmédy en de Abdij van Orval: een cisterciënzerabdij uit 1132 in het Belgische dorp Villers-devant-Orval. Hier wordt officieel trappistenbier gebrouwen. Je komt er meer over te weten in het museum dat is gevestigd in het Abraham-gebouw.

3. De Vlaanderenroute langs historische steden en werelderfgoed

De Vlaanderenroute is een lus van 920 kilometer fietsplezier, zowel door polder, bos en heide als door historische steden als Damme en Gent. Kapelletjes en eeuwenoud werelderfgoed wachten je op, zoals het historische centrum van Brugge en het Groot Begijnhof in Leuven. Op de terrasrijke pleinen proost je met een Belgisch biertje op de fietstocht. En tank je bij met lokale gerechten als balletjes in oude geuze tot waterzooi met zeeduivel.

De route is bewegwijzerd, voert langs de nodige stations en sluit aan op fietsroutes uit Frankrijk, Wallonië en Nederland; je kunt dus al in Vlissingen, Roosendaal of Maastricht beginnen. De Vlaanderenroute bevat enkele gemene klimmetjes, zoals de 141 meter hoge Kluisberg, maar is te doen voor elke fietser met een redelijke conditie. Omdat deze lus door andere routes (zoals de Schelderoute en de Stedenroute) wordt doorsneden, kun je desgewenst een kleinere ronde fietsen.

Tip: De Vlaanderenroute is een zogenaamde icoonroute, geschikt voor zowel een dagje uit als een weekend weg of een meerdaagse tocht. Hier lees je meer over de negen Vlaamse icoonroutes.

4. Trappend de rivier volgen tijdens de Maasfietsroute

Uitzicht vanaf de Maas op de het stadje Dinant en haar citadel

Wie op school goed heeft opgelet, weet: de Maas stroomt vanuit Frankrijk naar Hoek van Holland. En de Maasfietsroute (alias EuroVelo 19) volgt de rivier, 1150 kilometer lang. Het Waalse deel begint bij het Franse grensplaatsje Givet en eindigt in Visé, iets onder Maastricht. Dit deel is vrijwel vlak, dus allesbehalve zwaar.

Je kunt ook in twee of drie etappes enkel de 150 kilometer tussen Dinant en Luik fietsen, via Namen en Huy. Deze vier historische steden zijn gekroond met een citadel. Die van Dinant ligt 100 meter hoog, waarin een historisch en wapenmuseum is gevestigd. De Citadel van Namen is een van de grootste burchten van Europa; vanuit het centrum brengt de kabelbaan je naar de vesting.

De Ardennen doorklievend, passeer je ook nog kastelen, klimrotsen, de Onze-Lieve-Vrouwe-abdij van Leffe, pijprokende schippers op pruttelende vrachtboten en tal van afstapwaardige dorpen, alleen al vanwege de bakkerij met Luikse wafels.

5. Fietstocht naar de Middeleeuwen: verdwenen Zwinhavens

Bloemen van de zeeaster, ookwel zulte genoemd, tussen de rode zeekraal

Schurkend tegen Zeeuws-Vlaanderen, in de uiterste noordwesthoek van België, daar schittert het Zwin Natuur Park, 770 hectare groot. Was je hier eeuwen eerder, dan had je schepen groot en klein gezien, varend tussen de Noordzee en Brugge, via Sluis, Monnikerede, Hoeke en Damme. Maar het Zwin is verzand en nu zie je duinen, slikken en schorren. Rijk aan rode zeekraal, paarse lamsoor en geel Jacobskruiskruid. Dit is het leefgebied van cirkelende zeearenden, klepperende ooievaars en zingende nachtegalen, naast tal van andere vogels.

Sinds 2019 loopt er een fietspad dwars doorheen, van Cadzand tot in Knokke. Op de 56 meter lange houten pier heb je een 360 graden panoramisch uitzicht op het waterlandschap met de kweek-eilanden. Sinds juli 2021 kun je hier nog een bijzondere route fietsen: Verdwenen Zwinhavens, waarbij je onderweg, dankzij vier 3D-virtual reality-kijkers, nog altijd de middeleeuwse havensteden in actie kunt zien. Je kunt kiezen uit routes van 31, 44 en 60 kilometer.

6. Grenzeloos fietsplezier: de Vennbahn

De oude diesellocomotieven bij het station van Walheim

De 125 kilometer lange Vennbahn is aangelegd langs en over de historische spoorlijn tussen Aken (Duitsland) en Troisvierges (Luxemburg) en loopt voor een groot deel door de Belgische Oostkantons. Tot 1920 werd de spoorlijn veel gebruikt voor het vervoeren van kolen en ijzererts. In de Eerste Wereldoorlog zelfs voor het transport van soldaten en goederen naar het front. Langs het traject kom je zo nu en dan nog een oud station tegen; bij sommigen vind je een tentoonstelling over de Vennbahn en haar geschiedenis.

Een behoorlijk deel van deze route bevindt zich in het Duits-Belgische Natuurpark Hoge Venen-Eifel dat zo’n 2760 vierkante kilometer beslaat. Met hoogveen, heide en bos. Tussen de Ardennen en de Eifel kom je langs tunnels en oude spoorbruggen. En charmante plaatsjes zoals St. Vith en Burg-Reuland. Het fietspad is vrijwel volledig geasfalteerd en niet zwaar, nergens gaat de Vennbahn steil omhoog. Op regelmatige afstanden zijn er mogelijkheden om te overnachten, je kunt deze internationale route dus gemakkelijk in etappes fietsen.

7. Dwars door de Ardennen via de Transardennaise

De rivierlus van de Semois bij Frahan

Tijdens deze populaire route rol je door de Belgische Ardennen, van La Roche-en-Ardenne naar Bouillon. Na de drie etappes heb je zo’n 164 kilometer op de teller staan. Dag 1 zet je koers richting Sprimont, over de glooiende heuvels tussen korenvelden en koeien. En door het grote, indrukwekkende bos La Grande Forêt de Saint-Hubert. Eenmaal in Saint-Hubert aangekomen, heb je al 1000 hoogtemeters afgelegd. Een elektrische fiets is dus mooi meegenomen.

De tweede (mooiste) etappe leidt je door het gebied langs de rivier de Lesse. Je komt bij Fourneau Saint-Michel: een openluchtmuseum over het landelijke leven in Wallonië, met heropgebouwde woningen en boerderijen. Stap ook even af in Redu, het boekendorp van België waar jaarlijks 300.000 leesliefhebbers rondstruinen. Op de derde dag is je einddoel Bouillon. Je volgt de rivier richting Rochehaut. Tip: stap af bij het uitzichtpunt voor de veel gefotografeerde rivierlus van de Semois bij Frahan. Vervolgens klim je weer op de fiets en sluit je de route af met een mooie afdaling naar Bouillon.

8. Fluitend Eddy Merckx achterna

Wielrenner Eddy Merckx won de Tour de France maar liefst vijf maal

Wie is de grootste fietser aller tijden? Op deze vraag zul je negen van de tien keer Eddy Merckx als antwoord krijgen. Behalve in Vlaanderen zelf, daar zal het tien van de tien keer zijn. Toch heeft ook Eddy ooit als kleuter leren fietsen. Zijn eerste tochten maakte hij vanuit Meensel-Kiezegem, waar De Kannibaal geboren is. Vanuit ditzelfde dorp kun je nu de Eddy Merckxroute Tielt-Winge rijden.

Het is een recreatieve route, 30 kilometer lang, waarvoor je echt geen racefiets hoeft te hebben. Drink nog een kop koffie in het wielercafé Boerenhof bij de kerk van Meensel, om vervolgens fluitend, twaalf knooppunten volgend, in Eddy’s spoor door Vlaams Brabant te trappen. Over de Sint-Gertrudendries, de Kasteeldreef en de Roeselberg (1,3 kilometer lang, 53 hoogtemeters). Je komt langs picknickbankjes, dorpscafés, de Vlooybergtoren en, uiteraard, een standbeeld van de wielergod zelf bij zijn geboortehuis in de Tieltsestraat. 

9. Van Schelde naar Sûre: de Via Romea Francigena

Het Koninklijk Paleis te Brussel is de administratieve residentie van de Belgische Koning

De Via Romea Francigena (oftewel de EuroVelo 5) is een fietsroute van Canterbury (Engeland) naar Rome, via 21 kathedralen en 30 werelderfgoed-sites. 310 afwisselende kilometers van deze route voeren door België. Vanuit de Noord-Franse stad Roubaix fiets je het land in, waarna je via de Schelde, het Parc Naturel Pays des Collines en Pajottenland Brussel bereikt, Europa’s bruisende hoofdstad, rijk aan monumenten. Vervolgens fiets je via het Zoniënwoud en Haspengouw (de Betuwe van België) naar Namen, de hoofdstad van Wallonië, en Dinant, de Parel van de Maasvallei.

Hierna rijg je de kalkstenen dorpen Ciney, Marche-en-Famenne en Hotton aan elkaar. Waarna, in het dal van de Ourthe, La Roche-en-Ardenne opduikt en nog meer dorpjes en vergezichten volgen. Na Bastogne rol je vervolgens via de valleien van de Strange en de Sûre naar het grensplaatsje Martelange. En wie wil, kan nog verder, richting Luxemburg en Rome.

10. Langs kust, kunst en garnaalkroketjes

Beeldenpark aan zee in Beaufort

Elke drie jaar vindt Beaufort aan de kust plaats, de grootste openluchtkunsttentoonstelling van België. Hedendaagse kunst van pakweg twintig kunstenaars, verspreid over de gehele kust, en dus goed te bezoeken per fiets (of met de kusttram). Bewonder dan ook meteen de veertig kunstwerken van de eerdere edities die zijn blijven staan, en die nu samen het Beaufort Beeldenpark vormen.

Omdat de hele Kustroute (85 kilometer) wellicht wat lang is, zijn er ook kleinere rondritten gemaakt. Zoals de Westkustfietsroute van 48 kilometer vanuit De Panne, door het duin- en natuurgebied in Koksijde, langs de IJzermonding van Nieuwpoort, richting de historische stad Veurne. Of pak de Oudlandfietsroute (46 kilometer) vanuit De Haan langs de kust en door de vogelrijke Uitkerkse Polder. Met zo nu en dan een sfeervol dorpje als Houtave. Genoeg routes langs zowel kunst als strand, duinen, havens, oesters en garnaalkroketjes.

11. Van erfgoed naar erfgoed: de Unesco-fietsroute

Durbuy, het kleinste stadje ter wereld, is genesteld in de meanders van de Ourthe.

De Unesco-fietsroute rijgt via RAVeL-paden al het werelderfgoed van Wallonië aan elkaar. De route is bijna 500 kilometer lang en gemakkelijk in etappes op te delen. Online zijn de beschrijving en een downloadbare kaart te vinden, en in Wallonië zelf geven de RAVeL- en knooppuntbordjes de weg aan. Begin- of eindpunt, vlak bij de Franse grens, is Tournai/Doornik. Vanaf de kathedraal, werelderfgoed, slingert de route naar de oude steenkolenmijn van Blegny, ook weer werelderfgoed, niet ver van Maastricht.

Trappend over RAVeL-paden door golvend Henegouwen, de heuvels van de Condroz en de Ardennen, kom je langs bijzondere musea, scheepsliften, vuursteenmijnen, belforten, megalieten en citadellen. Allemaal werelderfgoed. Tevens kom je door ‘het kleinste stadje der wereld’ en enkele van Les Plus Beaux Villages de Wallonie, allemaal goed voor minimaal één uitnodigend café-restaurant.

12. Fietsen door het water, de bomen en de heide

De uitgestrekte heidevelden van Nationaal Park Hoge Kempen in Belgisch Limburg

Net over de grens met ons land, in Belgisch Limburg tussen Genk en Maasmechelen, ligt Nationaal Park Hoge Kempen. Uitgestrekte bossen, paarse heide, spiegelende waterplassen en stuivende duinen liggen verspreid over 12.000 hectare. Hier leven everzwijn, konikpaard, wolfsklauw en heideblauwtje. Je kunt er je eigen fietsroute uitstippelen, met behulp van het knooppuntennetwerk van Limburg. Drie mogelijke hoogtepunten: Fietsen door het Water bij Bokrijk, Fietsen (hoog) door de Bomen in Bosland en Fietsen door de Heide tussen knooppunt 550 en 551, waar je via een 300 meter lange houten fietsbrug over de Mechelse Heide trapt.

Tip 1: extra mooi is het op de Mechelse Heide ’s morgens vroeg, als in alle spinnenwebjes ontelbare dauwdruppels fonkelen, én in augustus, als de heide knalpaars kleurt.

13. Eurovélo 3: volg de pelgrimsroute door groene landschappen en langs industrieel erfgoed

De beruchte kolenmijn Bois de Cazier in Marcinelle is nu een mijnmuseum

Zo’n 5300 kilometer door zeven landen. Dat is de pelgrimsroute Eurovélo 3 van Trondheim in Noorwegen tot Santiago de Compostela in Spanje. Het stuk in België is ongeveer 200 kilometer lang. Door Waalse steden – als Luik, Namen en Charleroi – en de bucolische landschappen van het Land van Herve: een erg groen en golvend gebied met veel weiden en boomgaarden. Hier komen de bekende Hervekaas en Luikse Stroop (appelstroop) vandaan. Zeker proeven.

Vanaf het symbolische drielandenpunt tussen Duitsland, België en Nederland duik je vrijwel meteen het Land van Herve in. In de vallei van Maas en de Samber wacht Namen je op, met de Citadel op een 100 meter hoge heuvel boven de stad. Een van de grootste burchten van Europa. Bezoek bij industriestad Charleroi ook het mijnmuseum Bois du Cazier in Marcinelle; deze site staat sinds 2012 op de Unesco-lijst van beschermd industrieel erfgoed. Voordat je de grens naar Frankrijk oversteekt, fiets je nog door bucolische landschappen langs de Sambre naar de stad Thuin, bekend om de hangende tuinen.

In samenwerking met Toerisme Vlaanderen en Wallonië België Toerisme

Weergaven: 185

Related Posts

error: