Met de camper naar Duitsland

• Overnachten in Duitsland mag op speciaal voor campers ingerichte en aangewezen parkeerplaatsen en op campings. Kijk voor de locaties op Campercontact.
• Overnachten aan de straat en op reguliere parkeerplaatsen, ook langs snelwegen, mag maximaal 24 uur, tenzij er een verbodsbord staat.
• Overnachten op privéterrein met toestemming van eigenaar mag, behalve wanneer de plaatselijke overheid het verbiedt.

Een gevarendriehoek en veiligheidshesjes (voor bestuurder en passagier(s) zijn verplicht.

Voor andere benodigde documenten, kijk op de website van de rijksoverheid en neem contact op met de ambassade voor de meest recente informatie.

Brandstof

Diesel en benzine zijn goed verkrijgbaar. Het aantal gastankstations neemt toe.

Rijden in winterse omstandigheden

De camper moet winterse omstandigheden aan kunnen. In het Duitse verkeersreglement  (StVO) worden winterbanden en een voldoende gevuld reservoir met ruitensproeiervloeistof specifiek genoemd als vereisten in winterse situaties. Bij een ongeluk waarbij de camper niet is aangepast aan winterse omstandigheden, kan de bestuurder (mede)aansprakelijk worden gesteld.

Wie onder winterse omstandigheden met zomerbanden op de weg rijdt, moet rekening houden met een boete van 60 euro. Voor het belemmeren van het verkeer als gevolg van verkeerde banden wordt de boete verhoogd tot ten minste 80 euro.

Is het zeker dat winterse omstandigheden kunnen worden vermeden? Dan mag ook op zomerbanden gereden worden. Deze uitzondering is opgenomen voor de ‘winterarme’ streken in Duitsland maar ook voor eigenaren met twee voertuigen of oldtimers, en personen die bij deze omstandigheden van het openbaar vervoer gebruik maken.

Winterbanden zijn herkenbaar aan het alpine symbool, een berg met een sneeuwvlok (3PMSF). Tot oktober 2024 zijn ook nog banden met een M+S (mud + snow) aanduiding toegestaan als deze voor 31 december 2017 zijn geproduceerd.

Sneeuwkettingen zijn verplicht als dat met borden staat aangegeven.

De regelgeving geldt ook voor buitenlanders.

Maximumsnelheden

De maximumsnelheden voor een camper in Duitsland:

• Binnen bebouwde kom ≤ 3,5 ton: 50 km/u
• Binnen bebouwde kom > 3,5 ton: 50 km/u
• Buiten bebouwde kom ≤ 3,5 ton: 100 km/u
• Buiten bebouwde kom > 3,5 ton: 80 km/u
• Buiten bebouwde kom > 7,5 ton: 60 km/u
• Snelweg ≤ 3,5 ton: geen maximumsnelheid; advies 130 km/u
• Snelweg > 3,5 ton: 100 km/u
• Snelweg> 7,5 ton: 80 km/u

Flitspaalwaarschuwing

Radarverklikkers zijn verboden om te bezitten. Ook flitspaalmelders in navigatiesysteem of app mogen niet gebruikt worden.

Alcohol

De maximale toegestane alcoholpromillage in het bloed mag tijdens het rijden niet hoger zijn dan 0,5 promille. Voor bestuurders die hun rijbewijs korter dan 2 jaar hebben of jonger dan 21 jaar geldt een absoluut alcoholverbod.

Lading

De lading mag niet aan de voorzijde van de camper uitsteken en mag maximaal 1,5 meter naar achteren uitsteken. Steekt de lading meer dan 1 meter naar achteren uit, dan moet een helrode vlag van 30×30 cm op een dwarsstang gevoerd worden of een helrood schild van 30×30 cm haaks op de rijrichting. In Duitsland is het verplicht met een markeringsbord de lading aan de achterzijde van de camper te markeren.

Verkeersregels

• In Duitsland gelden de verkeersborden voor vrachtauto’s ook voor campers die zwaarder zijn dan 3.500 kilogram.
• Minimum afstand houden geldt ook voor campers zwaarder dan 3.500 kg.
• Bij een Baustelle waar een breedtelimiet geldt wordt de breedte van de camper gemeten inclusief de buitenspiegels. Houd daar rekening mee. Word je betrapt, dan kost dat tussen de 20 en 75 euro

Aanhanger

In de Straßenverkehrs-Zulassungs-Ordnung (StVZO) artikel §33 is aangegeven dat motorvoertuigen niet als aanhanger mogen worden vervoerd.

Milieuzones en –stickers

Een aantal centra van grote Duitse steden en een grotere zone in het Ruhrgebied kun je alleen bezoeken met voertuigen die voldoen aan de normen voor de uitstoot van uitlaatgassen. Doorgaande autosnelwegen in het Ruhrgebied zijn uitgezonderd van de milieuzone. Bekijk de milieuzones in Duitsland.

De milieuzones zijn herkenbaar aan het verkeersbord ‘Umweltzone’. Op een onderbord zijn de stickers aangegeven, waarmee de milieuzone ingereden mag worden. De kleur van de sticker bepaalt de toegang tot de milieuzones. Zo kan een milieuzone alleen toegankelijk zijn voor voertuigen met een groene sticker. Voertuigen zonder sticker, of met een rode of gele sticker mogen die zone dan niet in.

Aan enkele Duitse zones zijn strengere eisen gesteld, zie de informatie voor Berlijn, Hamburg, Stuttgart en Darmstadt. Om binnen die zones te mogen rijden dient de camper aan de Euro5 of Euro6 norm te voldoen.

Voor wie geldt de milieusticker?

In Duitsland is de benaming voor milieustickers ‘Umweltplakette’ Alle voertuigen die door een milieuzone willen rijden moeten van de juiste sticker zijn voorzien. Het is mogelijk dat een voertuig geweigerd wordt voor een milieusticker.

Campers met een dieselmotor die achteraf een roetfilter met KBA goedkeur hebben gemonteerd, kunnen voor een hogere milieusticker in aanmerking komen.

• geen sticker, Euro1-norm. Dit zijn over het algemeen de oudere auto’s met benzinemotor zonder een geregelde katalysator en oudere dieselvoertuigen.
• rode sticker, Euro2-norm. Deze sticker wordt momenteel niet meer uitgegeven, omdat voor de actuele milieuzones minimaal de gele sticker gevraagd wordt.
• gele sticker, Euro3-norm. Deze sticker voldoet alleen nog voor Neu-Ulm.
• groene sticker, Euro4-, 5- en 6-norm.

Waar is de milieusticker te koop?

De milieusticker is voor in Nederland geregistreerde voertuigen bij ‘TÜV’ Nord, DEKRA Nederland, Kwik-Fit, de ANWB, VWE en de GWK verkrijgbaar.

De stickers zijn ook verkrijgbaar in Duitsland, bijvoorbeeld bij de toelatingsautoriteiten voor motorrijtuigen, bij alle technische keuringsinstanties (‘TÜV’ en Dekra) en de daarvoor geautoriseerde garages in Duitsland. Je kunt er met de camper naar toe rijden. Neem wel het originele kentekenbewijs mee.

Wat kost een milieusticker?

De kosten voor een milieusticker liggen in Nederland tussen de 10 a 20 euro en in Duitsland tussen de 5 a 10 euro. De sticker is geldig in heel Duitsland en gedurende de levensduur van de camper.

Vervoer huisdieren

In Duitsland moet het huisdier op een veilige manier vastgezet zijn in de auto. Dat betekent: een kooi, bench, gordel of speciaal dierenzitje. De kooi of bench moet stevig verankerd worden, liefst dwars op de rijrichting. Bij dierenwinkels zijn autogordels voor dieren te koop: een tuigje met een riem die je in de bestaande gesp van een autogordel klikt. Het dier heeft nog wel genoeg bewegingsruimte om van houding te veranderen.

Voor honden en katten tot 10 kilogram zijn er dierenzitjes te koop die zo hoog zijn dat de dieren naar buiten kunnen kijken. De zitjes worden bevestigd aan de gordel of de isofix-beugels voor kinderzitjes. Combineer dit met een veilig tuigje en de hond kan niet gelanceerd worden. Het is wel zaak het dier goed aan dit zitje te laten wennen. Kijk voor meer informatie over het vervoer van huisdieren in auto en camper op deze site.

Tip: kijk voor meer informatie per dier op de heldere en uitgebreide website van het Landelijk Informatie Centrum Gezelschapsdieren.

Overige (camper)reistips

• Nederlandse DIN flessen komen overeen met de Duitse DIN flessen. Vullen zal doorgaans geen probleem zijn.
• Ga vóór de reis na waar vulstations zijn of waar gasflessen te koop zijn.

Checklist

Klaar om te gaan, maar bang dat je iets bent vergeten? Neem dan onze ‘Checklist reizen met een camper’ door en ga goed voorbereid op reis.